Frans Hals bouwde voorzichtig zijn bloeiende schildersloopbaan op in de stad Haarlem en Vermeer maakte gebruik van het Delftse diffuse licht dat via de ramen zijn atelier binnen viel.
Een groep Utrechtse schilders raakte onder de invloed van de Italiaanse barokmeester die de beheersing van het majestueuze licht-donkereffect tot de kracht van zijn schilderijen maakte, zij werden de Utrechtse Caravaggisten genoemd.
In deze vijfdelige collegereeks komen deze vijf kunststeden aan bod.
Wij starten met de Domstad Utrecht waar Hendrick ter Brugghen, Dirck
van Baburen en Gerard van Honthorst grote naam maakten met hun
imponerende taferelen vol menselijke emotie.
Zij sloegen een brug tussen de Italiaanse kunst van de Barok en de Hollandse Gouden Eeuw.
De tweede les zal Haarlem voor het voetlicht treden. De Spaarnestad, waar dankzij de vluchtelingen uit de Zuidelijke Nederlanden, een begin werd gemaakt met de triomftocht van de schilderkunst uit de Gouden Eeuw. Namen die hierbij kunnen worden genoemd, zijn portretschilder Johannes Verspronck en het schildersechtpaar Jan Miense Molenaer en Judith Leyster.
Leermeester van vele kunstenaars, Pieter Lastman en portretschilders Ferdinand Bol en Govaert Flinck zijn voorbeelden van grootmeesters van de Amsterdamse schildersschool die tijdens de derde les langs zullen komen.
Na Noord-Holland dalen we af naar de provincie Zuid-Holland waar in les vier een aantal schilders uit de textielstad Leiden centraal zal staan, waaronder Jan Lievens, en de fijnschilders Gerard Dou en Frans van Mieris.
We sluiten af met de Oranjestad Delft dat naast de onvolprezen meester Johannes Vermeer ook binnen zijn stadsmuren huisvestte: Pieter de Hooch met zijn sfeervolle interieurscènes en Carel Fabritius, één van Rembrandts meest getalenteerde leerlingen, bekend van het lieflijke Het Puttertje.
Bibliotheek Nijkerk
Start vrijdag 3 november 10:00-12:00 uur (5 lessen)