De schemerachtige kamer in de herberg.

Het was zaterdag 29 juli 2017. Die dag was het precies 127 jaar geleden dat Vincent van Gogh zijn laatste adem uitblies in de Auberge Ravoux in Auvers-sur-Oise. Wat zou nu een mooier eerbetoon zijn dan op deze dag de laatste woonplaats van Van Gogh te bezoeken? Omstreeks half tien stonden IJsbrand en ik op het Gare du Nord om met de speciale impressionistentrein naar Auvers te gaan.*

Ik vreesde dat de trein, zeker op deze speciale dag, overvol zou zitten maar tot mijn grote verbazing was het juist uitermate rustig. Naast ons, stapten alleen een handjevol toeristen uit Japan en twee Amerikanen in. Iets meer dan een half uur na vertrek uit Parijs reed de trein het stationnetje van Auvers binnen en een eerste blik op het dorpje vertelde dat er sinds het verblijf van Van Gogh niet heel veel veranderd is. Terwijl de trein achter mij vertrok naar een volgende bestemming, zag ik het eerste herkenningspunt uit de schilderijen van Van Gogh al voor mij want boven de gebouwen uit tekende zich de toren af van de Notre Dame van Auvers. Bij het zien van die toren ging er een schok door mij heen. Het was bijna vergelijkbaar met een tienermeisje dat haar idool ontmoet. Zo vaak heb ik de toren gezien op het schilderij in het Musée d'Orsay, in boeken en op reproducties maar het was allen niet vergelijkbaar met het daadwerkelijk op deze plaats staan. De hele dag in Auvers beleefde ik dit soort momenten; in de drukkende hitte in de korenvelden waar Van Gogh de inspiratie voor zijn "Korenveld met kraaien" vond, in het huis van Dr. Gachet waar de piano van Marguerite nog in de hoek staat maar bovenal in de Auberge Ravoux tegenover het pittoreske stadhuis.

 20170729_145600jpgauv_kerk7891200x0jpg

In deze herberg woonde Van Gogh de laatste 70 dagen van zijn leven. Sinds 1993 is de herberg omgedoopt tot het "Maison Van Gogh", niet zozeer een museum maar eerder een monument. Er is geen één werk van Van Gogh te zien en toch trekt het dagelijks diverse liefhebbers van de kunstenaar aan. De mensen die hiernaartoe komen, worden geen toeristen genoemd maar pelgrims, op zoek naar de stilte van Van Gogh. Zelf beschrijft het Maison Van Gogh het als volgt: "Rien à voir … mais tout à ressentir." Niets te zien maar alles te voelen. In alle soberheid heeft de kamer iets magisch. Vanwege de beperkte ruimte in de kamer, die zo'n 7 vierkante meter meet, wordt slechts een klein aantal mensen tegelijkertijd toegelaten. 

Voor aanvang aan het bezoek aan de daadwerkelijke kamer kunnen de bezoekers (pelgrims) wachten in de wachtruimte die gemakshalve ook is ingericht als museumwinkel. Met een licht gespannen gevoel bleef ik in de buurt van de deur die uiteindelijk de toegang zou geven tot kamer nummer vijf waar Vincent zijn laatste uren had doorgebracht. Toen het eenmaal zover was en de deur door de gids werd open gezwaaid moch ik als eerste van de kleine groep van zes personen de trap naar de kamer beklimmen. Het was tamelijk donker en gezien de hoge temperaturen buiten ook behoorlijk koel. Met kippenvel liep ik de trap op en kwam aan in de kleine schemerachtige kamer. Het enige daglicht dat binnenkwam, viel door een klein dakraam naar binnen. Heel even stond ik daar alleen en het was absoluut waar, er viel niets te zien maar zoveel te voelen. Je kon je levendig voorstellen hoe Theo hier aan het bed heeft gezeten van zijn geliefde broer Vincent die stervende was aan een (hoogstwaarschijnlijk zelf toegebrachte) schotwond. Er zijn maar weinig ruimten die zo duidelijk een gevoel kunnen overbrengen. Ik hoorde maar weinig van wat de gids vertelde, al had ze een goed verhaal maar ik droomde weg over wat zich 127 jaar eerder hier in deze kamer en in Auvers afspeelde. Het optimisme waarmee Vincent van Gogh zijn begintijd in Auvers inluidde, zijn vele bezoeken aan dokter Gachet, ongeveer een half uur lopen bij de herberg vandaan, de zinderende en misschien ook wel gekmakende hitte in de korenvelden en uiteindelijk zijn begrafenis vlakbij diezelfde korenvelden. Een beetje beduusd van alle indrukken liep ik ongeveer twintig minuten later de trap weer af. Inmiddels stond ook de deur naar de eetzaal van de herberg open. Ook hier leek het of de tijd had stil gestaan. Door de vitrages waren de vage omtrekken van het stadhuis te zien en ook hier binnen heerste een eerbiedige stilte. De geuren van kruiden doordrongen de hele ruimte en verrieden dat de zaal nog steeds, of weer in gebruik was als eetzaal. Op 30 juli 1890 stond in deze ruimte de kist met het lichaam van Vincent van Gogh, omringd door zonnebloemen en schilderijen van hemzelf. Een officiële afscheidsdienst in de Notre Dame van Auvers, wat Theo graag had gewild voor zijn broer, was niet toegestaan door de zelfgekozen dood van Vincent en door zijn protestantisme. Hiervandaan vertrok de stoet met Parijse kunstenaarsvrienden voor de korte wandeling naar de begraafplaats. Onderweg zijn zij langs het stadhuis, de kerk en de korenvelden gekomen. Plaatsen in Auvers die door Van Gogh uiteindelijk wereldberoemd zouden worden. 

 20170730_001631jpg20170729_171535jpg

*Deze speciale treinverbinding rijdt 1 x per dag direct naar Auvers. 's Avonds rond half zeven rijdt er een directe trein vanuit Auvers naar Parijs-Gare du Nord.